Archeohotspot geopend naast Tiels museum

Op dinsdag 25 april werd een archeohotspot geopend naast het Flipje- en Streekmuseum Tiel. Daarvoor werd de ruimte gebruikt die recent is vrijgekomen door de verplaatsing van de entree van het museum naar de oorspronkelijke hoofdingang van het gebouw.

Een archeohotspot is een ruimte waar archeologische werkgroepen, meestal amateurarcheologen, kunnen werken. Dat is namelijk een groot deel van het archeologische werk. Opgraven is alleen het begin. Daarna moeten vondsten worden gewassen, gesorteerd en beschreven. Pas na dat alles is duidelijk wat er in een opgravingsgebied is gebeurd. Maar een archeologische hotspot is meer, want al dat werk kan ook gebeuren in de archeologische werkruimten zoals het Tielse BATO, de werkgroep van de Vereniging Oudheidkamer voor Tiel en Omstreken, er een heeft op de Buitenbulkweg 12. Het is de bedoeling dat hotspots regelmatig voor publiek toegankelijk zijn. Niet om te kijken (daarvoor is het museum), maar om vragen te stellen, bijvoorbeeld over zelf gevonden bodemschatten. Daarom moet een archeohotspot liggen op een A-locatie en makkelijk vindbaar zijn. Aan dat criterium voldoet de nieuwe locatie – pal naast de Waterpoort – beslist.

Bij de opening werd eerst het woord gevoerd door museumdirecteur Jurriaan de Mol. Hij plaatste de nieuwe hotspot in de planning van de totale nieuwe opzet van het museum. Met de opening van de nieuwe entree, de WO-2-hotspot en de archeohotspot is de eerste fase nu afgerond. Vanaf juli volgt de rest van de benedenverdieping, waarbij de opstelling van de Flipje-collectie wordt omgezet in het thema ‘Fruitstad Tiel’ – overigens natuurlijk ook met een grote rol voor het fruitbaasje. In de twee volgende jaren volgen de andere verdiepingen van het museum.

Wethouder Frank Groen benadrukte het historische belang van de stad Tiel. Daar had hij zelf ook pas in een laat stadium oog voor gekregen. Maar steeds meer blijkt, hoe de stad en naaste omgeving een heel rijke historie hebben. Dat werd ook door stadsarcheoloog Ilse Schuuring en de provinciaal archeoloog van Gelderland Sigrid van Roode bevestigd. De enorme publieksopgraving op het Bleekveld heeft laten zien hoe rijk de bodem in het stadscentrum op archeologisch terrein is.

Na de toespraken moest wethouder Groen met de beide archeologen door een klaar hangend papier met archeologische foto’s lopen om naar de hotspot te gaan. Daarvoor was wel een stevige trap nodig, want papier blijkt sterker dan men wel denkt. In de hotspot werden de hoofdpersonen nog even vereeuwigd samen met Jacoline Zilverschoon die de opbouw namens het museum heeft begeleid.

 

De hotspot heeft een grote wand om vondsten tijdelijk op te slaan en een grote werktafel voor sorteer- en schrijfwerk. Tegen de andere wand is een flinke vergroting aangebracht van de stadsplattegrond van Tiel die Joan Blaeu in 1649 publiceerde. Daarop is steeds makkelijk de context van een vondstgebied in de stad te vinden. Vooralsnog zijn de schappen gevuld met dozen vol vondsten van de publieksopgraving op het Bleekveld. Die vormen nog maar een fractie van hetgeen daar vandaan is gekomen. Werk genoeg dus en extra handen zijn heel welkom.

 

De openingstijden voor publiek zijn nog niet bepaald. Die worden later bekend gemaakt.

fotoalbum

Reacties zijn gesloten.

Geverifieerd door MonsterInsights