Kapsalon van Zwam schaart zich in de rij van Tielse Koninklijke hofleveranciers

Feest bij kapsalon van Zwam. De kapperszaak bestond vorig jaar 100 jaar. Als een verlaat cadeau voor dit jubileum kwam deze week burgemeester Beenakker, een vaste klant van de kapperszaak, de officiële oorkonde uitreiken.

Kapsalon van Zwam is het zevende bedrijf in Tiel dat zich hofleverancier mag noemen. Schiltmans, Van Luijn Natuursteen, Blijdesteijn Mode, Vliegenthart BV, Bakkerij van Ooijen en Kookwinkel Oostendorp gingen het bedrijf voor. Ook vruchtenconservenfabriek de Betuwe was voor zijn vertrek uit Tiel de trotse bezitter van dit predicaat.

De historie van kapsalon Van Zwam

In een rechte lijn beoefenen de Tielse Van Zwams al vijf generaties het kappersvak. Piet van Zwam, de overgrootvader van Henry, de huidige eigenaar en exploitant, had een kapperszaak in Druten. Tien van zijn twaalf kinderen kozen voor het kappersvak. Een van hen, Henk, de grootvader van Henry, opende op 1 september 1922 een kapperszaak in de Tolhuisstraat in Tiel. Daarmee werd de basis gelegd voor meer dan 100 jaar kappersbedrijf Van Zwam in Tiel.

Met de afschaffing van de gilden, verdween eeuwenlang de opleiding tot barbier. In Tiel voorzag Henk van Zwam in een praktijkgerichte opleiding. Menige kapper en kapster in Tiel en de omliggende regio heeft bij hem het kappersvak geleerd. Na het overlijden van Henk in 1957 zette zoon Evert de zaak voort. In 1973 verhuisde hij zijn zaak naar de huidige locatie aan het hoogeinde. In 1988 nam zoon Henry daar het stokje over. Henry geeft nu nog steeds leiding aan de zaak maar nu al is duidelijk dat dochter Samantha, te zijner tijd de zaak zal voortzetten. Henry kan smakelijk vertellen over de geschiedenis van de zaak. In veel opzichten is de ontwikkeling van het kappersbedrijf een afspiegeling van maatschappelijke ontwikkeling. Tot ver in de twintigste eeuw had je dames- en heren kapperszaken. Bij van Zwam konden beide seksen terecht. Henry: “Maar wel in aparte ruimtes. Een groot gordijn verdeelde de zaal in tweeën. Tussen de kappersstoelen voor dames stonden toen schermen zodat de dames niet konden zien hoe hun buurvrouw behandeld werd. Privacy was toen ook al belangrijk. Dat gold met name , wanneer je als vrouw een kleurspoeling wilde. Dat was not done in de tijd van grootvader Henk. Daarvoor werd je behandeld in een soort tent in de kapperszaak. Knippen en scheren, dat waren aanvankelijk de belangrijkste activiteiten in een kapperszaak. Vaste klanten hadden eigen scheerspullen die in een laatje per klant opgeborgen werden. Dames gingen slechts enkele keren per jaar naar de kapper en dan nog veelal alleen om een stukje van hun lange haar af te laten knippen. Nu is er een veelheid aan behandelingen en is ook de verkoop van haarverzorging producten van belang.”

Vroeger moest je voor een bezoek aan de kapper veel tijd uittrekken. Door de week overdag kon het wel eens rustig zijn, maar vaak was het lang wachten op je beurt. Ondertussen werd het lokale nieuws uitgewisseld. Na een bezoek aan de kapper was je vaak weer helemaal op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en gebeurtenissen in Tiel. Henry werkt nadat hij de zaak overnam alleen op afspraak. “Ik moest wel. Wanneer we ’s ochtends om 7 uur open gingen, stond er al een rijtje klanten op de stoep. Je kunt trouwens vanaf donderdag de tweede helft van de week nog steeds vanaf 7.00 uur een afspraak maken.”

Kapsalon van Zwam, net een haartje beter.

Net een haartje beter lezen we op de website van de kapsalon. Voor de vele vaste klanten is dat zo. Henry: “Verschillende families behoren al generaties lang tot onze cliëntenkring. Cliënten komen uit alle lagen van de bevolking”. Burgemeester Beenakker maakte er geen geheim van, dat hij een van de vaste klanten is. Uit zijn toespraak bleek dat hij de zaak goed kent en zich uitgebreid verdiept had in de historie van Van Zwam en de lokale kapperswereld. Wanneer je in het centrum van Tiel rondkijkt, lijkt het alsof het aantal kappers in Tiel sterk gegroeid is. Henry: Dat is niet zo. Vroeger zaten de kappers verspreid over alle delen van de stad en had je aparte dames- en heren kappers. Nu zitten de ruwweg 25 kapperszaken meer in het stadscentrum en de winkelcentra. Het is wel zo dat de kapperszaken meer medewerkers hebben dan vroeger. Dat is nodig want mensen gaan vaker naar de kapper en het is al lang niet alleen maar knippen.

Henry van Zwam is blij met het predicaat Hofleverancier. Hij overweegt om evenals bakker van Ooijen en kookwinkel Oostendorp het bijbehorende Koninklijk Wapenschild dat speciaal voor hofleveranciers gemaakt is, aan te schaffen en buiten aan de muur te hangen. Dat zou een mooie toevoeging zijn aan het zichtbaar maken van het historische karakter van de binnenstad.

 

Reacties zijn gesloten.

Geverifieerd door MonsterInsights