Kolommetje: Cultureluur
Ben werkt hier aan een Mazda in de garage aan de Lingedijk, u weet wel, op die hoek richting Hamsche Brug. Hij is een heel goede automonteur op dat moment en dat is hij waarschijnlijk nog, maar het bedrijf bestaat niet meer en Ben is inmiddels bijna 71. In die tijd hadden we een auto van dat merk, dus we raakten wel eens aan de praat. Maar pas later leerde ik het geheim van Ben kennen: hij houdt van kunst. En met die wetenschap kreeg onze verstandhouding een verdieping, want ook ik houd van mooie afbeeldingen, beelden en foto’s. Ben echter houdt het bij schilderijen. Hij is als het ware gespecialiseerd. Tielse schilders van weleer hebben zijn voorkeur, hij speurt er veilingen naar af en heeft in zijn bezit enkele werkjes waar menig museum voor tekent. Om die liefhebberij te bekostigen verkoopt hij af en toe wat. Ben is bijvoorbeeld een kenner van werk van de Tielse schilder Johan Ponsioen, die honderden werken maakte in de vorige eeuw.
Met Rose Verkerk en Leida Blom dreef hij een tijdlang een soort van galerie, eerst in de voormalige bottelarij aan de Oliemolenwal, maar ook in het leegstaande postkantoor. Ben gaat voor het figuratieve genre.
Wat me brengt op de eeuwenoude vraag voor wie kunst nu eigenlijk bedoeld is. Voer daar een gesprek over met een deskundige op dat terrein en je krijgt de indruk dat kunst er minder is om het oog te behagen dan wel om er mensen mee aan het werk te houden. Visie, kennis, duiding, museale kunst en meer zulke tegelijk ongrijpbare en toch over buitenstaanders oordelende begrippen komen dan voorbij. Je krijgt er wel eens het gevoel bij dat je er helemaal niks van snapt, en geloof me, ik heb heel wat van die mensen gesproken. Opvallend genoeg krijg je vaak bij de mensen die er écht van houden niet zulke begrippen in het gesprek gemengd. Die snappen mijn soms wat eenvoudig selectiecriterium, dat ongeveer zo in elkaar zit: als een afbeelding me iets doet is hij voor mij mooi. Dat gaat dan niet per se om grote namen, want ook daar zit werk tussen dat ik niet zo mooi vind. Meekwekken met de cultureluurs zit niet in me. En dan heb je de makers. Ik ben altijd gecharmeerd van de makers die niet uitleggen wat ze bedoelen, een heel verhaal en theorieën moeten spinnen om de bedoeling achter het werk duidelijk te krijgen. Nee, liever makers die zeggen: kijk zelf. Die bevallen me het beste, en zijn vaak ook heel aangename mensen in de omgang. Ze begrijpen dat kunst een extra is in onze dagelijkse levens, bedoeld voor die momenten dat je wordt aangeraakt door schoonheid en je daar even beter door voelt. Want dat is waarom ze het zelf doen.
Reacties zijn gesloten.