Kolommetje: Vinkjes
En in zijn ogen zong de zee. Dat was de gedichtregel die me te binnen schoot toen ik lang geleden deze stuurman op het Tielse veer Hendrikus kon fotograferen. De serie ging immers over mensen in hun werkomgeving. Nou is de Waal best breed bij Tiel, in vergelijking daarmee is de Rijn bij Wageningen maar een sloot. Althans, dat was een vaste uitdrukking die ik gebruikte bij een dierbare collega die nogal chauvinistisch was ingesteld over zijn woonplaats, en de Nederrijn steevast een echte rivier noemde. Een brede Waal dus, maar om nou over de zee in iemands ogen te reppen, nee. Want de Waal is waar de stuurman over uitkijkt.
Toch is bij nader inzien de blik van die schipper er een die je vaker ziet bij mensen die meer in de open ruimte kijken dan op een beeldscherm. Mensen die eerder gewend zijn aan uitzicht over water of over velden dan mensen die leven met een tl-bak boven hun hoofd. Deze stuurman op het Tielse veer had zo’n blik, die ook iets weergaf van hoe hij de wereld bekeek. Hij zag het geheel, en plaatste kleinere objecten, mensen of andere schepen, in die ruimte. Daar gaan je ogen naar staan.
De Hendrikus is niet meer onder ons, maar er is natuurlijk nog wel een veerboot die vanaf de Waalplaat vertrekt. Een moderner schip, ontworpen als pont, en geschikt voor één bemanningslid. Want mensen iets laten doen is duur, kijk maar naar de bezuinigingen die op menskracht de afgelopen jaren in bedrijven, instellingen en bestuursorganen zijn doorgevoerd.
We zijn een tijdlang heel mondig geweest, hebben onze rechten opgeëist én gekregen. Maar we hebben niet in de gaten gehad dat overheidsdienaren weliswaar langzaam leren, maar een ijzeren geheugen hebben en vasthouden aan geleerde ervaring wanneer ze iets door hebben.
Jullie mondig? Wil je meer zelf kunnen besluiten? Dat is goed, was zo ongeveer het antwoord. En ze staken als gemeentewerknemers beetje bij beetje geld in digitale contactmethoden. Of je nu een computer had of niet, iedereen kreeg eigenlijk gelijke rechten. Je hoefde ze alleen maar te nemen. Technisch en staatsrechtelijk prima.
De andere kant van de medaille was wel, dat je minder en minder overheidsdienaren tegenkwam. Persoonlijk contact is inmiddels bij hoge uitzondering mogelijk. Wie een paspoort wil moet nog naar een balie –na een digitale afspraak-, maar alleen omdat de bevoegde ambtenaar moet zien of jij ook degene bent die je zegt dat je bent voor het document wordt afgegeven. Veel van de kribbigheid van mensen, het onbegrip na politieke besluiten, het afwijzen van gezag, is volgens mij terug te voeren op de onpersoonlijkheid die de inwoner van een stad als Tiel tegemoet straalt. Je hebt niemand meer die jouw verhaal aanhoort, niemand met wie je redeneren kunt of iets aan duidelijk kunt maken. Nee, er zijn alleen nog vakjes om aan te vinken. Zo zit de mens niet in elkaar, we zijn sociale wezens. Wie alleen nog vertrouwt op internet en tv om je boodschap of uitleg over te brengen, krijgt geen mensen meer in beweging. We zijn die vinkjes-die-moeten volgens mij een beetje beu.
Reacties zijn gesloten.