Een bedrijf leiden betekent snel kunnen beslissen. Toen bouwondernemer Bernard Beutener (1858-1941) de kans kreeg vlakbij de plek waar hij woonde aan de Grotebrugse Grintweg het nieuwe kantoorpand van Maatschappij De Betuwe te bouwen, aarzelde hij waarschijnlijk niet lang.
Beutener woonde op nummer 46 aan de Grotebrugse Grintweg, vlak naast de bouwplaats, praktisch dus. Alleen, hij is altijd ongetrouwd gebleven. Hij was een paar deuren verderop met zijn bedrijf begonnen. Het woonhuis van de aannemer is nu van sportleraar en karateka Ries van Toorn.
Zijn vader was ook aannemer, maar hij had niet zoals zijn broers in dat bedrijf gewerkt. Hij leerde het vak bij een aannemer in Vinkeveen. In 1879 kwam hij terug naar Tiel en begon als zelfstandig aannemer. Zij eerste woningen bouwde Beutener aan de Twaalf Apostelen, even verderop achter de jamfabriek. En met de bouw, in 1888, van het gymnasium aan de Rechtbankstraat in een hoog tempo, was zijn naam gevestigd. Het ging hard. Toen hij in 1900 begon met de bouw van het St. Andreasgasthuis achter het St. Walburg, had Beutener al 70 mensen in dienst. Deze zoon van een uit Duitsland geëmigreerde klompenmaker deed het niet slecht.
Hij kreeg veel opdrachten van grote bedrijven in de stad, zo rond de eeuwwisseling: de Betuwe en Daalderop wisten hem te vinden. Maar de lijst laat ook woningbouw zien: het fraaie pand aan de Stationsstraat 18 werd door zijn mensen gebouwd, evenals het Kalverbos 5. De bouwvakkers wisten overigens ook goed raad met arbeiderswoningen, vele ervan staan nu nóg aan de Grotebrugse Grintweg, oerdegelijk en een mooie architectonische eenheid in hun stijl en materiaalgebruik.
Beutener was ook maatschappelijk heel actief, bijvoorbeeld als bestuurslid van de Kamer van Koophandel en penningmeester van de middenstandsvereniging in Tiel. En ook geschiedenis boeide hem: Bernard was lang lid van de Vereniging Oudheidkamer. De ondernemer had bovendien een sociaal hart, hij nam ooit jongens aan, afkomstig uit het weeshuis in Buren. Bouwde Beutener het industriële Tiel op, zijn bedrijf was na de oorlog belangrijk bij de wederopbouw van de beschoten stad. Het pand van de voormalige V&D blijft daar een van de bekendste voorbeelden van.
Reacties zijn gesloten.