Het oudste lid van het FNV woont in Wadenoijen
Zondag 19 juni werd Anthon Vermazen uit Wadenoijen honderd jaar. Een mijlpaal die steeds meer maar toch nog altijd weinig mensen bereiken. Bijzonder is dat Anthon voor zijn leeftijd zowel lichamelijk als geestelijk een goede gezondheid heeft. Mede daarom werd zijn verjaardag uitbundig gevierd. Anthon zal er samen met zijn partner Truus Vermeulen nog lang van nagenieten. Aanwezigen tijdens de feestelijke momenten genoten van zijn verhalen over vroeger.
De dag voor zijn verjaardag werd Anthon verrast door een voor hem heimelijk georganiseerde huldiging door de afdeling Lokaal Rivierenland oost van het FNV (Federatie Nederlandse vakverenigingen). Met zijn honderd jaar was Anthon het oudste vakbondslid van Nederland en ook nog eens 84 jaar lid. Reden genoeg voor de landelijk voorzitter van de vakbondsorganisatie, Tuur Elzinga om zijn vrije zaterdag op te offeren om naar Tiel te komen om Anton persoonlijk te feliciteren. Dat gebeurde in een zaal van het restaurant De vergulde Graaf in het wooncentrum de Vier Gravinnen. Daar kreeg hij uit handen van de landelijke voorzitter een getuigschrift en een beeld dat de vakbondskoepel onlangs heeft laten maken voor een ieder die 80 jaar lid is. Anthon: “In de loop van de dag begon ik iets te vermoeden maar de feestelijke samenkomst met een aantal vakbondsvrienden was toch een grote verrassing. Vooral de komst van oud-voorzitter Jan Kusters, die met zijn scootmobiel kwam binnenrijden heb ik erg gewaardeerd.” Thuisgekomen werden Truus en Anthon verrast door de buurtbewoners. Die hadden tijdens hun bezoek aan Tiel een feestboog gebouwd en het buitenterrein van hun huis fraai versierd.
Tekst gaat verder onder het fotoalbum
Boottocht op verjaardag
Zondag, de dag van zijn verjaardag, wachtte hem een nieuw hoogtepunt. Samen met familieleden, vrienden en goede bekenden is hij die dag gaan varen in de Biesbos. Partner Truus had voor het gezelschap dat uit 59 personen bestond partyboot Princehof afgehuurd. Daar werd de verjaardag van Anthon een oergezellig feest en reünie met de grote kring mensen met wie hij en Truus nauw contact hebben. De bijeenkomst werd afgesloten met een uitgebreid warm en koud buffet. Vol herinneringen werd daarmee de dag van zijn honderdste verjaardag afgesloten.
De Day after
Maandag was de stapel schriftelijke felicitaties waarvan velen bijzonder origineel aangegroeid tot bijna 100. Hoogtepunt was op de dag na zijn verjaardag het bezoek van burgemeester Beenakker, die zeer geïnteresseerd was in het levensverhaal van Anthon. Dat levensverhaal had hij die ochtend ook al verteld voor dit artikel. We laten Anthon daarvoor zelf aan het woord.
Levensloop
Mijn vader was wat we in de Betuwe noemen een keuterboertje. Ons gezin moest van de karige opbrengst daarvan leven. Dat was moeilijk. Je kun best stellen dat ik in bittere armoe ben opgegroeid. Mijn vader kocht zoals dat vroeger ging regelmatig ook een klein perceeltje hard fruit of kersen op het hout. Dat zorgde in goede jaren voor wat extra inkomen. Wanneer de oogst mislukte of heel weinig opbracht werd het financieel extra moeilijk want de pacht voor het fruit moest wel betaald worden. Ons gezin bestond naast mijn vader en moeder uit negen kinderen, ik was de jongste en een nakomertje.
Toen ik met twaalf jaar van de lagere school afging kregen mijn ouders het advies om mij de ambachtsschool te laten volgen. Maar dat kon niet. Ik had geen nette kleren en ook geen fiets om van De Bredestraat in Wadenoijen naar Tiel te fietsen. Mijn ouders konden die spullen niet betalen. Dus werd het wat daglonerswerk bij boeren in de directe omgeving. Ook bracht ik de Tielenaar rond ( zie: https://detielenaar.nl/nieuws/2018/12/anton-vermazen-96-was-dertien-en-bracht-hem-rond-de-tielenaar/) Ieder dubbeltje wat ik verdiende was thuis immers erg welkom. Op mijn veertiende kon ik bij de Chamotte Unie in Geldermalsen komen werken. Daar maakten ze vuurvaste stenen. Ik verdiende daar een dubbeltje (4,5 eurocent) per uur. Dat was maar liefst 4,80 (bijna 2,20 euro) per week. Mijn moeder was de koning te rijk. Er was nu ook geld om op de ambachtsschool, die toen aan de Oliemolenwal in Tiel stond, avondlessen metaalbewerking te volgen. Daardoor kon ik na een tijdje in de onderhoudsdienst gaan werken. Toen ik trouwde was dat naar voor mijn ouders. Zij moesten mijn inkomen missen. In 1953 ben ik in Amsterdam bij de trammaatschappij gaan werken. Ik moest wel het eerste huis dat me aangeboden werd accepteren en in Amsterdam gaan wonen. Dat werd na een tijd treinen een duplex woning. Twee jaar heb ik er gewoond. Mijn echtgenote kon er niet aarden en dus besloten we weer terug te gaan naar Wadenoijen. Daar kon ik terug komen bij de Chamotte’, totdat deze in 1983 fuseerde met Gouda Vuurvast en kort daarna de productie in Geldermalsen eindigde.
Rond haar vijftigste werd mijn vrouw langdurig ziek en overleed toen ze 53 jaar oud was. Truus Vermeulen heeft haar vanuit de thuiszorg twee jaar verzorgd en na haar dood is Truus niet weggegaan. We zijn nu al weer vijftig jaar samen. Ondanks het leeftijdsverschil hebben we het altijd goed gehad samen en dat is nog zo. Truus houdt me jong! Ondanks mijn hoge leeftijd kan ik me nog in bijna alles zelf redden. Ik loop wat zwieberig. Daarom gebruik ik buiten de deur een rollator. Ik werk nog regelmatig in de tuin, maar het zware werk zoals de heg knippen moet ik wel aan anderen overlaten. Ik ben een tevreden mens. De krant lees ik op de iPad en daarop lees en bekijk ik natuurlijk ook de Tielenaar.
Solidaire Helden
Het FNV heeft een aantal jaren het boek solidaire helden uitgegeven. In de reeks staan levensbeschrijvingen van leden die tachtig jaar lid van die vakorganisatie waren. Na enig zoeken komt de editie 2018 op tafel, waar Anthon met enige trots de bijdrage die over hem gaat laat zien. Je leest daarin dat hij met veel moeite aan de Arbeitseinsatz in Duitsland wist te ontkomen. Daarvoor werd de ziekte van zijn vader flink aangedikt en ook een stuk spek hielp enkele malen voorkomen dat hij naar Duitsland moest. Niet iedereen blij was met zijn lidmaatschap van socialistische organisaties in Wadenoijen. “Als ik bij mijn zwager op bezoek ging, moest ik het VARA-vlaggetje van mijn fiets halen”, vertelt hij in het boek.” In de oorlog bleek de miniboerderij veel voordelen te hebben. “We hadden een varken en kippen en eigen aardappelen en groenten”, lezen we.”
Maatschappelijk actief
Truus vult nog aan dat Anthon maatschappelijk ook het een en ander gedaan heeft. Zo was hij medeoprichter van Lingia, de gymnastiekvereniging van Wadenoijen en was hij altijd bereid om een handje te helpen bij dorpsactiviteiten. Elf jaar was hij gemeenteraadslid voor de PvdA. Eerst bij de gemeente Wadenoijen. Wadenoijen was tot 1956 een zelfstandige gemeente waar ook Drumpt en het Buurtschap Passewaaij deel van uit maakten. “Na de herindeling in dat jaar werd een deel van Wadenoijen bij Zoelen gevoegd en werd ik daar raadslid.” Lang was hij ook bestuurslid van de metaalbewerkersbond van het FNV, lid van het afdelingsbestuur van VARA en ouderenbond ANBO en lid van de ondernemingsraad van De Chamotte. De laatste jaren is hij een trouwe gast op de avonden die Lia van Burk-Priester organiseert voor de donateurs van de Stichting Vrienden van de Kerk van Wadenoijen. Anthon vertelt dan op smakelijke wijze over het vroegere leven in Wadenoijen en omliggende plaatsen. Want ook met zijn geheugen is nog niets mis.
Reacties zijn gesloten.