Heilige vrouwen
In de late middeleeuwen stonden er op de heiligenkalender in Tiel minder vrouwen dan op de dito-kalender die in Zaltbommel gehanteerd werd. Zijn daar conclusies uit te trekken of was het toeval ?
We hebben er bijna allemaal en zeker de ouderen, onze voornaam aan te danken. Eeuwenlang werd de heiligenkalender ook gebruikt om exact vast te leggen op welke dag iets gebeurde, een verjaardag moest worden gevierd, of bijvoorbeeld een contract zou aflopen.
Een probeem daarbij was dat er enerzijds méér heiligen waren dan het jaar dagen telt en men anderzijds dagen had waar geen heilige aan vastgeknoopt kon worden. Dan werd er bijvoorbeeld genoteerd: de tweede dag na Sint Jan of de dag voor Sint Lambertus (Sint Lambertusavond). Vrouwen zijn op de heiligenkalender in de minderheid, maar daar staat tegenover dat er vijf Mariadagen waren en vrouwen als Cecilia (22 nov), Catharina (25 nov), Barbara (4 dec) Agnes (21 jan), Geertrudis (17 mrt) en nog wat andere vrouwen in alle christelijke kerken werden vereerd en ontelbare malen zijn afgebeeld op schilderijen en prenten.
een pagina uit het tolboek van Godefridus
Wie de rekeningen over 1388/89 van de tollenaren in Tiel en in Zaltbommel naast elkaar legt kan iets merkwaardigs ontdekken. Terwijl in Tiel de tollenaar Jan van Meerten zich keurig houdt aan de heiligenkalender van het bisdom Utrecht, hanteren in Zaltbommel de tollenaren Derick Riquins en Sweder Teggink andere normen. Maar eigenlijk moeten we daarvoor bij de koster Godefridus zijn. Want die hadden ze de rekening in het net laten uitschrijven.
Ze beginnen het boekjaar niet bij Sint Margriet (13 juli) zoals de rentmreesters van de Gelderse hertogen dat deden, maar bij Maria Magdalena (22 juli). Zij zou volgens (niet onomstreden) legendes een vrouw van lichte zeden zijn geweest, die volgelinge werd van Jezus. Ze volgde Jezus vanuit Galilea naar Jeruzalem, zou aanwezig zijn geweest bij de kruisiging en graflegging van Jezus en wordt wel gezien als het prototype van de boetvaardige zondares. De katholieke kerk heeft beslist dat 22 juli een aan haar toegewijde verplichte feestdag is.
Op 9 april vierde Godefridus de feestdag van Maria Aegyptica. Die is volgens haar levensbeschrijving geboren in Egypte en vluchtte op 12-jarige leeftijd naar Alexandrië. Daar werd ze prostituee. Zeventien jaar later trok ze als marketentster met pelgrims mee naar Jeruzalem. Daar bekeerde ze zich in de Heilige Grafkerk en daarna leefde ze als kluizenaarster in de woestijn.
De beide andere onverwachte heilige vrouwen in het Bommelse tolboek waren zo onbekend dat ons onvolprezen Rijksmuseum er geen afbeelding van heeft. Maar het Teylersmuseum in Haarlem kan een prentje van beide vrouwen tonen. .
Potentiana Virgis (19 mei), ook wel Pudentiana was de dochter van de Romeinse senator Pudens, die om haar christelijk geloof werd omgebracht door de soldaten van keizer Antonius Pius. In Rome is een omstreeks het jaar 820 gestichte kerk – de Santa Pudenziane – naar haar genoemd.
Hoewel de naam Petronella veel voorkomt in het Nederlandse taalgebied is daarin de heilige Petronella (31 mei) schaars vertegenwoordigd. Ze is echter de patroonheilige van de stad Rome. Volgens de ene legende zou ze de dochter zijn geweest van Sint Petrus en volgens de andere zou Petronella zich op jonge leeftijd tot het christendom hebben bekeerd met de wens kuis te leven. Een edelman die vergeefs probeerde haar het hof te maken, verraadde haar aan het gezag. Toen ze weigerde offers te brengen aan de romeinse goden werd ze onthoofd.
Betekent het wat dat koster Godefridus zoveel vrouwen een ereplaats gaf ?
Speelde de volksaard een rol, die eeuwen later medeverantwoordelijk zou worden voor de breuklijn tussen Rome en Reformatie ?
Was het louter toeval ?
Of was Godefrides de koster toch een beetje een rokkenjager ?
Wie het meent te weten mag het zeggen.
Reacties zijn gesloten.