DIALECT … Pluksel-blaodjes

Door Huub van Heiningen op zondag 3 januari 2016, geplaatst in Kunst & cultuur, Historie. A.H. den Hartog jr., begin 20e eeuw predikant in Ommeren en vader van Jan de HartogA.H. den Hartog jr., begin 20e eeuw predikant in Ommeren en vader van Jan de Hartog

Wie zich in het Betuws dialect wil verdiepen, mag niet voorbijgaan een twee “preektijgers” – A.H. de Hartog Sr (1837-1896) en zijn zoon A.H. de Hartog Jr (1869-1938) vader van de bekende schrijver Jan de Hartog. De “Pluksel-Blaodjes” van de eerste waren uitermate populair, maar de eveneens in dialect geschreven bundel “Uut ’t lève” van junior werd door de auteur zelf als een mislukking beschouwd.

Beide predikanten kenden de Betuwe en het Betuwse dialect. Senior is geboren in Valburg en was bevriend met Heldring en Junior was in het begin van de 20e eeuw predikant in Ommeren. Vader en zoon waren in de eerste plaats predikanten, die een grote rol speelden in het theologisch denken van hun tijd en tot hoogleraar werden geroepen. Ze moeten befaamde redenaars zijn geweest en ze schreven verhalen in dialect om ook buiten de kansel te kunnen worden voorgedragen. De verhalen hebben steevast een stichtelijk karakter en waren dan ook bedoeld om de toehoorders te wijzen op de schoonheid van de schepping en voor te houden dat de mens niet van brood alleen leeft.

De in hun tijd zeer populaire Pluksel-Blaodjes werden gedrukt en herdrukt op de goedkoopst mogelijke wijze en zijn ook daardoor vrij schaars geworden. Het Regionaal Archief Rivierenland heeft ze echter allemaal en de echte liefhebber kan ze daar raadplegen.

Dr A.R. Hol acht ze van grote waarde voor de bestudering van het Betuws dialect omdat ze er tal van specifieke uitdrukkingen en typering in vond, die haar theoriën over het dialect van Betuwe ondersteunden. Hoewel haar standaardwerk “de Betuwe” al ongeveer zeventig jaar oud is, is “Tante Sjaan” zoals velen haar kenden, m.i. nog altijd de eerste en belangrijkste wetenschappelijke analiste van het Betuwse dialect en de door het gebied lopende taalgrenzen. (Als iemand mocht vinden dat mijn boekenkast in dit opzicht aanvulling verdient, hoor ik dat graag).

Omdat twee lezers daar expliciet naar vroegen en ook anderen duidelijk te maken hoezer het Betuws dialect veel auteurs heeft geïnspireerd, volgt hieronder een groot deel van wat dr Hol destijds over het dialect schreef.

Reacties zijn gesloten.

Geverifieerd door MonsterInsights