Blijdesteijn en Regionaal Archief Rivierenland vertellen hun verhaal

Door Walter Post op zaterdag 16 januari 2016, geplaatst in Kunst & cultuur, Nieuws.

TIEL Burgemeester Hans Beenakker liep al aan de hand van zijn moeder de winkel van Blijdesteijn in om een broek te kopen. Zo zeer is het bijna 200 jaar oude modehuis verweven met de samenleving. Zaterdag opende hij in de winkel aan de Voorstad een tentoonstelling over Blijdesteijn’s geschiedenis: het Regionaal Archief Rivierenland (RAR) putte daarvoor uit documenten die de familie Blijdesteijn vorig jaar in het archief deponeerde. De expositie heet ‘Archief in de mode!’. 

“Blijdesteijn wordt altijd genoemd wanneer ik buiten de stad meld burgemeester van Tiel te zijn, meteen na Flipje”, zei Beenakker, die te kennen gaf het bedrijf enorm te waarderen. “Zowel vader Franklin als zoon Bram praten mee over de stadsvisie en de promotie van Tiel. Betrokken ondernemers.”

Volgens Ella Kok, directeur van het RAR, bevat het archief van Blijdesteijn vooral veel informatie over de bedrijfsvoering. “Maar er zitten ook plakboeken in, advertenties uit voorbije decennia, en veel foto’s van onder meer de modeshows van Blijdesteijn. Die werden in de dorpen in de Betuwe gegeven, met inwoonsters vaak als mannequin. We vonden zelfs een rekening van levering van stoffen aan de diaconie van Ophemert uit 1849 aan Blijdesteijn, dat toe nog in dat dorp zat. De beelden en documenten zijn de basis van deze expositie, waarmee het RAR laat zien hoe het leven van de Tielenaren en dit bedrijf verweven zijn. Het is een mooi beeld van de bedrijfsgeschiedenis geworden.” De expositie is in de winkelruimte zelf, veel van de oude advertenties worden getoond op grote panelen en roepen een glimlach op. Maar vooral de fraaie feestelijke japonnen, bruidsjurken en herenkleding van toen die er staan opgesteld, tonen hoezeer vroeger al vakmanschap, schoonheid en kwaliteit bij Blijdesteijn de norm was. En is, want Bram van Blijdesteijn is inmiddels samen met zijn broer en zus de zesde generatie van de familie die het bedrijf leidt.

“We zijn in 1839 opgericht”, vertelde hij het publiek. “We waren vasthoudend, kwamen bij elke bewoner van het buitengebied, ook als het slecht weer was. Al sinds vlak na de oorlog werken we bewust aan onze marketing. Maar de winkel is het belangrijkst, we werken digitaal, maar handelen ook analoog. Ik was onlangs bij een congres waar een trendwatcher de ondernemers voorhield: storytelling over je bedrijf is goed, maar story doing is het summum. Ik denk dat we precies dat doen met deze expositie over onze historie in de eigen winkel. Dat bewijst de waarde die het RAR en een eigen archief kan hebben.”